Skip to Content

Schoolrijpheid; wanneer is je kind klaar voor school

Schoolrijpheid; wanneer is je kind klaar voor school

Onze oudste is een paar weken geleden drie jaar geworden. Tijd om ons te gaan oriënteren op een basisschool. En dat vinden we best een uitdaging, want we willen de juiste keuze maken. Er gaat een compleet nieuwe wereld voor ons open. En daarmee wordt ook ons vocabulaire nogal uitgebreid.

We zijn er inmiddels namelijk achter dat de onderwijswereld een eigen jargon heeft. Eén van de termen die we recent tegenkwamen: schoolrijpheid. Inmiddels weet ik wat het is. Althans, een heel klein beetje. In deze blog geef ik je op hoofdlijnen uitleg over het begrip.

Wat is schoolrijpheid?

Op school leren kinderen onder andere rekenen, schrijven en lezen. Je kunt je waarschijnlijk wel voorstellen hoe lastig dit is. Dit kunnen ze dan ook pas leren als ze een bepaald ontwikkelingsniveau hebben bereikt.

Schoolrijpheid is dan ook de fase waarin kinderen voldoen aan de voorwaarden om met het basisonderwijs te kunnen beginnen. Veel kinderen bereiken deze fase als ze tussen de 4 en de 5 jaar oud zijn.

Bij schoolrijpheid draait het om de gehele ontwikkeling, waardoor het een complex begrip is. Het gaat in ieder geval veel verder dan de intelligentie van een kind. Zo moet hij voldoen aan een aantal basisvoorwaarden, aan een aantal overige voorwaarden en moet de sociale ontwikkeling genoeg ontwikkeld zijn.

Basisvoorwaarden schoolrijpheid

Om te kunnen zeggen dat een kind schoolrijp is, moet hij voldoen aan de volgende voorwaarden:

  • De cognitieve vaardigheden zoals onthouden, leren, redeneren en denken moet in zekere mate ontwikkeld zijn.
  • De intelligentie moet gemiddeld tot goed zijn.
  • De grove motoriek moet goed ontwikkeld zijn. Denk hierbij aan lopen, hinkelen, klimmen, springen, rollen en glijden.
  • De fijne motoriek moet ook goed ontwikkeld zijn. Hierbij valt te denken aan knippen, kralen rijgen, kleuren en prikken.
  • Er moet een bepaalde mate zijn van ruimtelijke oriëntatie, ruimtelijk inzicht en tijdsbesef. Kinderen moeten kunnen bedenken hoe ze zichzelf in de ruimte verhouden ten opzichte van andere personen of voorwerpen, zijn ze onder of boven, achter of voor. Qua tijd moeten kinderen onderscheid kunnen maken tussen bijvoorbeeld nu en straks, vandaag en morgen.
  • Kinderen moeten goed kunnen kijken luisteren. Oftewel, hun visuele en auditieve waarneming moeten ontwikkeld zijn. Dit is nodig om klanken te kunnen onderscheiden en te koppelen aan een letter.
  • De taalontwikkeling moet voldoende gevorderd zijn. Dit is redelijk essentieel, omdat taal de basis is waarmee we kunnen denken en leren.

Overige voorwaarden schoolrijpheid

Persoonlijk vind ik de basisvoorwaarden voor schoolrijpheid al redelijk uitgebreid. Maar er is nog meer! Kinderen moeten genoeg zelfvertrouwen hebben, ze moeten gestructureerd kunnen werken, zich kunnen aanpassen aan hun omgeving, zelfstandig zijn en zich kunnen concentreren. Ze moeten wíllen leren.

En dan moeten ze ook nog eens zover zijn dat ze niet alleen geconcentreerd aan de slag gaan met hun eigen interesses, maar ook met opdrachten die ze opgelegd krijgen van een onderwijzer.

Sommige kinderen zijn nog erg speels en kun zich nog niet lang genoeg concentreren op een opdracht of willen dit simpelweg niet.

Sociale ontwikkeling

Zoals zo vaak is ook voor schoolrijpheid de sociale ontwikkeling van groot belang. Een school is zo’n andere omgeving voor een kind, dat het de nodige vaardigheden vergt. Ze moeten kunnen omgaan met een drukke omgeving, wat een school doorgaans is.

Ze moeten bovendien langere tijd zonder hun ouders doorbrengen en zich kunnen aanpassen aan andere kinderen. Ze moeten namelijk de aandacht delen met vele anderen, op hun beurt wachten, zich aan de regels houden, delen met andere en helpen met opruimen.

Stimuleren schoolrijpheid

Schoolrijpheid kun je stimuleren, daarover lijkt overeenstemming te zijn in de literatuur. Maar hoe doe je dat dan? Daar is helaas geen eenduidig antwoord op te geven. Er zijn meerdere onderwijs- en pedagogische stromingen, met elk zo hun eigen theorieën.

Wat veel terugkomt is dat je een kind spelenderwijs moet stimuleren. Er zijn zelfs personen die aanraden om kinderen tot ongeveer 6 á 7 jaar zoveel mogelijk te laten spelen, en zo min mogelijk te laten ‘leren’ op de klassieke manier.

Helemaal niet leren zou daarbij onmogelijk zijn, omdat kinderen van spelen ook leren. Ze leren bijvoorbeeld hoe de zwaartekracht werkt door dat te ondervinden.

Om voor de liefhebbers toch een aantal voorbeelden te geven van hoe jij je kind kunt stimuleren hierbij een klein lijstje:

  • Laat je kind veel knutselen met knippen en plakken, kleuren en verven. Maar ook met kleinere materialen zoals kralen rijgen of een mozaïek maken. Je hoeft hem hierbij niet telkens te helpen, laat hem maar lekker ‘kliederen’.
  • Praat zoveel mogelijk met je kind en lees vaak voor, het liefst elke dag. Wissel het voorlezen zo af dat hij zowel zelf mag praten als ook moet luisteren.
  • Laat je kind puzzelen en naar hartenlust bouwen, bijvoorbeeld met duplo.
  • Stimuleer de fantasie van je kind met verkleedpartijtjes en door samen verhaaltjes te verzinnen.
  • Laat je kind soms of regelmatig begaan. Ze komen tot de creatiefste vragen en oplossingen als ze zelf op ontdekking gaan in en om het huis, of in de natuur.
  • Zeker vanaf 3 jaar kun je al de nodige gezelschapsspelletjes doen met je kind. Hij leert hierbij op z’n beurt wachten.
  • Laat je kind bewegen! Dansen, rennen, klimmen, hij kan het niet vaak genoeg doen.
  • Laat je kind zelf zijn boterham smeren, zichzelf aankleden, zijn eigen schoenen aantrekken en zelf naar de wc gaan. Zijn zelfvertrouwen zal steeds groter worden. Bovendien zijn deze vaardigheden essentieel op school, de onderwijzer kan immers niet ieder kind ‘verzorgen’.

Tot slot

Schoolrijpheid is een ontzettend complex begrip. In dit artikel vind je alleen de absolute hoofdlijnen beschreven. Als je het onderwerp interessant vindt, zijn er genoeg boeken, artikelen en onderzoeken te vinden om je verder in te lezen.

Zomaar twee voorbeelden waarmee je zou kunnen beginnen: Juf, mag ik overvaren? – M. Litiere en Leerrijpheid – Loïs Eigenraam

In mijn zoektocht naar informatie over schoolrijpheid kwam ik een opmerking tegen, die ik mooi vind om deze blog mee af te sluiten. Je kunt namelijk ook de hele boel omdraaien en zeggen dat een school moet vertrekken vanuit het ontwikkelingsniveau van een kind.

Het kind zou niet schoolrijp moeten zijn, maar de school kindrijp.

Jessica