Skip to Content

Vrije school antroposofie; filosofie & uitgangspunten Rudolf Steiner. Voordelen en nadelen

Vrije school antroposofie; filosofie & uitgangspunten Rudolf Steiner. Voordelen en nadelen

In september is het zover, dan gaat onze oudste naar school. Het heeft even geduurd, maar inmiddels hebben we definitief een school uitgekozen. En dat was niet bepaald een makkelijke keuze. Voor mijn gevoel hangt er zoveel van af. Iedere school die enigszins in de buurt was, is de revue gepasseerd.

In onze regio zijn nauwelijks scholen die een ‘alternatieve’ onderwijsvorm aanbieden. Slechts één: de vrije school. Een kwartiertje rijden voor ons. Ik besefte dat ik eigenlijk niets wist over de vrije school.

Ik kon hooguit een aantal vooroordelen bedenken. En om daar nou een keus op te baseren… Een tijd geleden heb ik me dus toch maar eens verdiept in het vrijeschoolonderwijs, zou het iets voor onze kinderen zijn?

Geschiedenis van de vrijeschool

Ik houd altijd wel van een stukje geschiedenis. Dat plaatst alles een beetje in perspectief. Al denk ik niet dat het in dit geval veel invloed heeft op de keuzes die ik nu maak. Maar goed, de geschiedenis dus.

Rudolf Steiner is de bedenker van het vrijeschoolonderwijs. Steiner heeft de basis gelegd van de antroposofie. Een spirituele filosofie waar zoveel over te vertellen valt.

De antroposofie is wel de basis geweest voor het vrijeschoolonderwijs, zo’n 100 jaar geleden. In 1923 werd de eerste vrije school in Nederland geopend, in Den Haag. Ook andere landen kennen vrijeschoolonderwijs, al worden de scholen daar vaak Waldorfschool genoemd.

‘Vrij’ heeft hier overigens niet de betekenis die veel mensen verwachten. Het woord vrij sloeg destijds voor Steiner op het feit dat hij een school wilde die zo min mogelijk werd beïnvloed door de overheid en het bedrijfsleven. In Nederland is de overheidsbemoeienis met het vrijeschoolonderwijs de laatste decennia wel weer toegenomen.

Uitgangspunten van de vrijeschool

De vrije school is dus gebaseerd op de antroposofie. Maar wat betekent dat dan voor het onderwijs nu? Wat leren mijn kinderen als ik ze naar de vrije school stuur?

Eén van mijn vooroordelen was dat kinderen mochten doen waar ze zelf zin in hadden. Dat ze zelf mochten bepalen wat ze wilden leren. Dat blijkt dus niet waar te zijn. Kinderen zijn in principe wel vrij om te bepalen óf ze willen leren.

Maar, zegt de vrije school, een enthousiaste leerling leert beter. Ieder kind heeft van nature de intrinsieke motivatie om te leren, het is aan ons om dat aandacht te geven en te motiveren. De lesstof moet dan ook aansluiten bij de ontwikkeling, waarbij gewerkt wordt met drie ontwikkelfases. Daarnaast heeft ieder kind een talent, dat hij of zij op school moeten kunnen ontdekken en ontwikkelen.

Maar wat misschien wel het belangrijkste is, is de opvatting dat onderwijzen óók opvoeden is. Het is niet een simpele kwestie van rekenen en taal leren.

De persoonlijke ontwikkeling, die is juist zo belangrijk. En de vrije school wil dat bereiken door te leren met “hoofd, hart en handen”. En dat spreekt me eerlijk gezegd wel aan.

Ontwikkelfases

Ik heb het al even kort genoemd, maar de ontwikkelfases van een kind zijn belangrijk op de vrije school. Het uitgangspunt is dat ieder kind van nature drie ontwikkelfases doormaakt tijdens de onderwijsperiode:

  • De eerste zeven jaar van een kinderleven worden bij een kind vooral lichamelijke aspecten ontwikkeld.
  • Van zeven tot veertien jaar ontwikkelt een kind zijn of haar gevoel, er wordt een mening gevormd.
  • Na veertien jaar wordt een kind langzaam zelfstandig. Hij of zij leert zelf nadenken en een oordeel te vormen.

Hoe ziet een lesdag op de vrijeschool eruit?

Oké, de uitgangspunten van het vrijeschoolonderwijs spreken me best aan. Maar hoe werkt dat dan in de praktijk? Hoe ziet een ‘normale’ lesdag eruit? Dat blijkt niet gek anders te zijn dan op een ‘normale’ school.

Er wordt zowel klassikaal gewerkt als zelfstandig. Er staat een leraar of lerares voor de klas. Er is een vast rooster met een vast ritme. En dat vind ik eigenlijk wel een prettig idee. Mijn kinderen hebben in ieder geval wel baat bij wat structuur.

Het vaste ritme bestaat uit hoofdvakken en uit vaklessen. De eerste uren krijgen kinderen les in een hoofdvak als rekenen, taal, heemkunde, aardrijkskunde, geschiedenis, dier- en plantkunde (gaaf!) of natuurkunde.

De natuur is hierbij erg belangrijk, dat blijkt wel uit de vakken. De rest van de dag worden er vaklessen gegeven. Daarbij kun je denken aan Engels, Duits, handenarbeid, toneel, gym of tekenen. Naast standaardlessen als rekenen en taal is er dus veel aandacht voor kunstzinnigheid.

Wat maakt de vrije school zo anders?

Qua ritme ziet een schooldag er dan niet heel anders uit, er zijn wel degelijk grote verschillen. De vrije school wordt niet voor niets als bijzonder onderwijs gezien in Nederland. Dit zijn een aantal zaken die het vrijeschoolonderwijs anders maken:

De klas en docent zijn in de basis een constante factor. Net als bij het reguliere onderwijs wordt een klas gevormd uit leerlingen van dezelfde leeftijd. Deze kinderen blijven echter hun gehele lagere schoolperiode bij elkaar. Zitten blijven komt in principe niet voor.

Ook de leraar of lerares blijft de hele basisschoolperiode bij dezelfde kinderen (hopelijk krijgt je kind dus een leuke!). Zo moet er een band ontstaan tussen de kinderen onderling en met de leraar of lerares.

Kinderen leren trouwens wel andere docenten kennen, omdat sommige vaklessen door vakdocenten gegeven worden.

Beweging is belangrijk, bij iedere les. Bij het leren van taal of rekenen wordt ook bewogen, zodat kinderen actief bezig zijn met wat ze leren. Kinderen kunnen bijvoorbeeld klappen of dansen bij iedere les. Beweging zou namelijk de aanmaak van hersenverbindingen stimuleren. En het is natuurlijk gewoon gezond.

Ieder schooljaar heeft een ander thema, waarbij je kunt denken aan de Griekse of Noorse mythologieën. Het thema sluit aan bij de leeftijd van de kinderen. Het hele jaar worden verhalen verteld die met het jaarthema te maken hebben.

Wat hiervoor al uitgebreider aan bod is gekomen, maar wat ik hier toch nog wil herhalen, is de inhoud van het onderwijs. Het zijn vooral de uitgangspunten van het onderwijs die het zo anders maken.

Toezicht onderwijsinspectie

Wat ik zelf erg belangrijk vind is dat de vrije school, net als reguliere scholen, onder toezicht van de onderwijsinspectie staat. Sinds een aantal jaar doen kinderen op de vrije school ook eindexamen, mede door het toezicht.

Dit was vroeger anders. Al tast dit volgens sommigen juist het karakter van de onderwijsvorm aan, waarbij kinderen als individuen worden gezien die niet beoordeeld moeten worden. Een enkele vrije school in Nederland doet dit dan ook niet. Dit betreffen particuliere vrije scholen, ook wel Staatsvrije vrije scholen genoemd.

Je kind inschrijven voor de vrije school? Wees op tijd!

Ben je geïnteresseerd in vrijeschoolonderwijs voor je kind(eren)? De vrije school is populair, houd daar rekening mee. Tegen de tijd dat ik me ging verdiepen in het vrijeschoolonderwijs, had dit praktisch geen zin meer.

Mijn interesse was toch wel gewekt voor deze onderwijsvorm. De vrije school hier in de buurt heeft echter de komende jaren (ja, inderdaad, járen) geen plek voor nieuwe kindjes in de kleuterklassen.

Wees dus op tijd. Voel je niet bezwaard om met je pasgeboren baby een kijkje te nemen op een vrije school, je zult niet de enige zijn.

Mirjam de Stigter