Skip to Content

Ontwikkeling kind 3 jaar; wat moet een peuter kunnen?

Ontwikkeling kind 3 jaar; wat moet een peuter kunnen?

Je kleine bijdehandje wordt groot…

Van een klein minimensje ontwikkelt het zich steeds meer tot een wezentje met eigen ideetjes, een eigen wil en ja, ook steeds meer begint je kind goed te praten. Je peuter begint langzaam maar zeker een kleutertje te worden!

Praten

Waar een jonge peuter nog vooral praat in de trant van “Ikke eten”, zal een oudere peuter veel meer in zinnen gaan praten. Zo worden het al echte verhalen en is het hele prietpraatgehalte steeds lager.

Je kind kan ook heel leuke dingen gaan opmerken. Voor hem zijn standaard benamingen nog heel vreemd.

Wat voor ons heel gewoon is, ziet hij nog echt als wat de woorden letterlijk zeggen. Bij een ‘vliegende start’ ziet hij al iets door de lucht vliegen. Mijn zoon dacht bijvoorbeeld dat een makelaar iets maakt!

Tja, eigenlijk had hij gelijk, want dat is toch wat je werkelijk zegt? En zelf bijzondere namen/woorden verzinnen is heel gewoon op deze leeftijd.

En soms vraag je je af waarom je daar zelf niet opgekomen bent, zo logisch! Vergeet ze niet ergens op te schrijven om later nog eens lekker van te genieten!

Fantasie

De fantasiewereld van je kind wordt eigenlijk ook steeds groter. Vertel jij een mooi verhaaltje met plaatjes? Dan kan hij er van alles bij gaan verzinnen.

Het onderscheid tussen fantasie en werkelijkheid is flinterdun, waardoor hij ’s nachts zelfs bang kan zijn door zijn eigen fantasieën.

Seksuele ontwikkeling

Op deze leeftijd beginnen kinderen hun eigen lichaampje te ontdekken. En ze kunnen ook gaan ondervinden dat sommige aanrakingen bij hun geslachtsdelen gewoon anders of fijn voelt. Hoort er gewoon bij!

Zindelijk worden

Door zijn sterkere spierbeheersing kan een peuter zindelijk worden. Hij zal ook steeds beter zelf aanvoelen of hij wel of niet moet plassen.

Natuurlijk zitten er grote verschillen in de leeftijd waarop kinderen zindelijk worden. En vooral ’s nachts kan het nog best lang duren voor ze echt droog blijven.

Motoriek

Natuurlijk betekenen sterker ontwikkelde spieren ook dat grote peuters veel beter kunnen klimmen en klauteren dan eerst. De speeltuin wordt dus steeds meer zelfstandig begaanbaar. En laat ze maar lekker veel spelen.

Want niet alleen het buiten zijn, maar ook het bezig zijn is zo goed voor ze. Je leert immers door te doen!

Naast spelen in de speeltuin, wordt het spelen met een bal ook steeds eenvoudiger. Hij kan de bal nu waarschijnlijk opvangen met twee handjes.

Vaak zal hij dat doen door de bal tegen zich aan te drukken, maar goed: hij heeft hem wél! Veel kindjes kunnen nu hinkelen én met twee voeten tegelijk omhoog springen.

Ook de fijne motoriek wordt steeds verfijnder. Nu kan een driejarige laten zien waar hij de voorkeur heeft liggen: bij zijn linker- of zijn rechterhandje. Tekenen en kleuren zullen steeds beter gaan omdat het vasthouden van een potlood steeds beter gaat.

Je kan je peuter ook gaan leren om zelf zijn rits dicht te doen! Dat scheelt de juf weer een hoop werk, straks…

Eigen karakter

Op, bijvoorbeeld, de peuterspeelzaal of op het kinderdagverblijf worden de karaktertjes van de kinderen steeds beter zichtbaar.

Het ene kindje zal meer op de achtergrond spelen, terwijl de ander juist graag het middelpunt van alle aandacht is. En waar het ene peutertje toekijkt, zal de ander al het speelgoed van de ander afpakken.

Natuurlijk is het nu wel de tijd om duidelijk te maken dat dat toch echt niet mag. Hoe ze samen moeten spelen, is een leerproces en daar kan best wat hulp bij nodig zijn.

Maar snappen wat van hem is en wat van de ander: dat zou je nu toch wel van hem mogen gaan verwachten. Er kunnen nu wel al echt vriendjes gemaakt worden. Vaak vinden ze een soort rollenspel spelen erg leuk om te doen. ‘Vadertje en moedertje’, dus.

O ja, bedenk dat een peuter het meeste leert van nadoen. En wie zal hij het meeste nadoen? Precies: jou! Dus let op wat jullie als ouders doen en zeggen: je hoort en ziet het zo terug in je kind.

Ik ben boos!

Tja, kinderen van 13 kunnen er wat van, maar kinderen van 3 misschien nog wel meer. Door frustratie en meer willen dan ze kunnen, kunnen peuters behoorlijk uit hun dak gaan.

Toch mag je van een driejarige zachtjes aan wel gaan verwachten dat hij met zijn boosheid leert omgaan. Stel duidelijke regels in, zodat het voor je kind te volgen is.

Wordt niet boos op hem, dat maakt alles alleen maar erger én het maakt je kind onzeker. Probeer je te verplaatsen in zijn schoentjes.

Begrip tonen én regels stellen is voor de meeste kinderen de beste aanpak. En nee, dat is niet streng, het geeft je kind juist houvast en duidelijkheid.

Niet alleen regeltjes en kritiek, maar ook complimenten

Probeer te voorkomen dat je niet alleen maar vertelt wat niet mag en hoe het allemaal zou moeten, maar prijs je kind vrolijk als hij iets doet wat je graag wilt zien.

Positieve aandacht geeft je kleintje zelfvertrouwen. Maar geef hem ook gewoon eens een extra knuffel of een ander lief gebaar, zonder een duidelijke reden.

Anders krijgt hij het idee dat hij MOET presteren en kan dan uiteindelijk zelfs faalangst ontwikkelen. En dat wilde je uiteraard niet. Laat hem gewoon merken dat je van hem houdt, ongeacht wat hij doet!

Verlegenheid

Niet alle peuters, maar er zijn er wel veel die (opeens) heel verlegen kunnen zijn. Wildvreemden die opeens iets tegen je zeggen, je kruipt er spontaan van achter je moeders rok… Geen paniek: dat hoort er gewoon bij!

Ruimte nodig hebben

Om zich goed te ontwikkelen moet je je kindje die ruimte ook geven, maar ook nu blijft het de zaak om de juiste verhouding te vinden tussen veiligheid en vrijheid!

Want ook nu zal je kind niet zelf kunnen bepalen wat wel en wat nog niet kan. Zichzelf overschatten: daar zijn veel peuters sowieso wel goed in.

Wil Cats
Volg me via:
Latest posts by Wil Cats (see all)