Skip to Content

Hoe leg je je kind uit om niet met vreemden mee te gaan?

Hoe leg je je kind uit om niet met vreemden mee te gaan?

Een nachtmerrie voor iedere ouder: een vreemde die je kind ontvoert. Natuurlijk leg je je kind uit dat het dat niet moet doen, maar hoe weet je nu ooit of je gesprek ook werkelijk begrepen wordt door je zoon of dochter?

En hoe weet je of je kind ook echt in de praktijk jouw wijze raad zal herinneren? Hoe leg je dus op de juiste manier uit aan je kind dat je nooit met een vreemde meneer of mevrouw mee mag gaan?

Mijn kind doet dat niet

YouTuber Joey Salads hield een experiment. Hij vroeg bij een speeltuin aan moeders of hun kind met een vreemde mee zou gaan. Zij dachten van niet.

Met hun toestemming probeerde hij het uit en je schrikt hoe simpel een kind is om te praten! Hij loopt met een puppy naar het kind toe en vraagt of ze (hij) ook de andere puppy’s wil zien.

Natuurlijk willen ze dat en ze lopen vrolijk aan zijn hand mee weg! Schrikbarend voor de ouders…en voor iedere ouder die dit ziet. Want je kind heeft helemaal niet door dat het toch met een ‘enge man’ wegloopt! Tijd voor actie dus. Maar hoe?

Kun je het helemaal voorkomen?

Is het helemaal te voorkomen dat je kind met een vreemde meegaat? Helaas niet. Je kind is immers ontzettend in het nadeel ten opzichte van een volwassene. Hij of zij is veel groter en dus sterker. En gehaaider…

Wil je kind niet vanzelf meegaan, dan pakken ze hem op en nemen hem gewoon zo wel mee. Kun je dan niks doen? Natuurlijk wel. Hoe wijzer je kind in dit soort dingen is, hoe meer jij de kans verkleint dat het je kind overkomt.

Hoe leer je je kind niet met vreemden mee te gaan / kinderen waarschuwen?

Het is belangrijk om kinderen te leren over de gevaren van met vreemden meegaan, en hen te leren wat ze moeten doen als ze in een potentieel gevaarlijke situatie terechtkomen.

Hier zijn enkele tips om je kind te leren hoe ze veilig kunnen blijven en zich kunnen beschermen tegen vreemden:

  1. Leg uit wat vreemden zijn: Leg aan je kind uit wat vreemden zijn en waarom het belangrijk is om voorzichtig te zijn wanneer ze benaderd worden door iemand die ze niet kennen. Leg uit dat het niet betekent dat alle vreemden gevaarlijk zijn, maar dat sommige mensen niet altijd de beste bedoelingen hebben.
  2. Oefen met rollenspellen: Speel met je kind verschillende situaties na waarin een vreemdeling hen benadert en vraagt om met hen mee te gaan. Leer je kind om niet te spreken met vreemden en om onmiddellijk naar een veilige plek te gaan, zoals een politiebureau of een winkel waar ze hulp kunnen vragen.
  3. Maak gebruik van codewoorden: Maak met je kind een codewoord af dat alleen jij en je kind kennen. Dit kan gebruikt worden in geval van nood en het kan ervoor zorgen dat je kind weet dat het veilig is om met jou of een andere vertrouwde volwassene mee te gaan.
  4. Leer je kind hoe te reageren op noodsituaties: Leer je kind hoe ze hulp kunnen vragen in geval van nood. Leer hen het alarmnummer (112) en leer hen hoe ze de politie of een andere volwassene kunnen vragen om hulp.
  5. Leer je kind om te vertrouwen op hun instincten: Vertel je kind dat het belangrijk is om te vertrouwen op hun instincten en gevoelens. Als ze zich ongemakkelijk voelen bij een bepaalde situatie of persoon, moedig hen dan aan om weg te lopen en naar een veilige plek te gaan.
  6. Geef het goede voorbeeld: Geef het goede voorbeeld door altijd voorzichtig te zijn wanneer je in de buurt van vreemden bent. Praat niet met onbekende mensen en laat zien hoe je veilig blijft in onbekende situaties.

Het is belangrijk om regelmatig met je kind te praten over de gevaren van vreemden en hen te leren hoe ze veilig kunnen blijven. Herinner hen eraan dat het niet hun schuld is als iemand hen probeert te benaderen en dat het altijd belangrijk is om hulp te zoeken wanneer ze zich onveilig voelen.

Wat vertel je als eerste?

Uiteraard vertel je je kind dat het nooit met een vreemde mee mag gaan. Leg ook goed uit waarom dit zo is, want alleen maar zeggen dat iets niet mag werkt niet.

Daarbij: snapt je kind wel wat jij onder een vreemde verstaat? En als jij vertelt dat het om ‘enge mensen’ gaat, dan heeft je kind vast een heel eigen idee over hoe een ‘eng mens’ eruitziet.

En dat is niet die aardige knul met zo’n hondje in zijn armen, zoals in het filmpje. Je kunt dan ook beter vertellen dat je kind áltijd moet vertellen als hij of zij met iemand mee wil gaan.

Zodat jij weet waar hij of zij is én dus kunt bepalen of het wel of niet vertrouwd is. Geen afwijkingen op deze regel! En kun je het niet eerst vragen? Dan ga je dus echt niet mee! Simpel.

Oefenen

Nu zie je ook wel in het filmpje dat een kind snel is afgeleid en in de gladde praatjes trapt. Door heel veel te oefenen met het feit dat je kind ALTIJD eerst vraagt of het mee mag, maak je de meeste kans dat hij dat ook zal doen.

Het moet eigenlijk een soort automatisme zijn, zoals je je voeten veegt voordat je naar binnen gaat. Je kunt je kind trainen door met hem te oefenen. Speel bepaalde situaties regelmatig uit en kijk of hij snapt wat hij dan doen moet.

Je zou het ook heel flauw eens in het ‘echt’ kunnen uitproberen zoals in het filmpje. Vraag aan een bekende voor jou (en dus niet voor je kind) of hij eens wil kijken hoe het kind reageert op zijn vraag of hij mee wil. Gaat je kind mee, dan kun je hem of haar hier doelgericht op aanspreken.

Natuurlijk zonder eng gedoe! Maar dat de vreemde hem meeneemt naar je eigen huis, bijvoorbeeld. Jij kan dan wel je kind goed aan de tand voelen waarom hij dit doet en dat dit dus niet was wat jullie zo geoefend hadden! Zonder dat je kind er iets aan overhoudt!

Welke situaties kun je oefenen?

Vraag aan je kind wat hij zou doen als een vreemde één van de volgende dingen zou vragen:

  • Of hij trek in een snoepje heeft
  • Of hij hem even kan helpen (op een andere plek)
  • Of hij het leuk vindt om iets te zien (zoals die puppy’s)

En meer van dit soort vragen…

Je kind zal dan moeten snappen dat hij dit alleen doet als het van jou mag. En anders nooit. Er is nog een situatie die je kind ook moet weten. Soms zijn de kinderlokkers zo gehaaid dat ze zeggen dat papa of mama hem gestuurd heeft.

Ook daar mogen ze niet intrappen. Spreek met je kind af dat er altijd een bekende zal zijn die hem of haar dan komt halen.

Wat moet je kind doen?

Leer je kind daarnaast ook wat hij moet doen als een vreemde iemand lastigvalt. Er is een strategie die ze ‘No Go Yell Tell’ noemen. Op zijn Nederlands houdt dat dus in:

  • Nee roepen, zo hard dat iedereen het hoort
  • Ren hard weg
  • Schreeuw zo hard je maar kunt, roep om hulp
  • Vertel anderen wat er gebeurt! Zoek dus een volwassene zodat je veilig bent
  • Ook dit werkt alleen als dit regelmatig herhaald wordt.

Hoe ziet een kinderlokker eruit

Misschien is het ook wel goed om uit te leggen dat een kinderlokker niet te herkennen is. Het is gewoon een meneer of mevrouw zoals zoveel andere mensen. Vaak zijn ze juist heel aardig. Omdat ze jou juist mee willen nemen. Zo voorkom je dat hij in de gladde praatjes trapt.

Alleen…

Alleen is er 1 klein dingetje die het hele verhaal ook weer moeilijk maakt. Je wilt immers niet dat ze bang worden voor iedereen die ze niet kennen. Of dat ze geen hulp aanvaarden van iemand, die ze niet kennen, terwijl ze die hulp wel nodig hebben (als ze verdwaald zijn, bijvoorbeeld, of erg gevallen zijn).

Het blijft dus altijd een beetje schipperen. Je moet immers voorkomen dat je kind een angstvogeltje wordt en de kans dat het gebeurt is nu ook weer niet zo groot dat het gevaar iedere dag op de loer ligt.

Bij peuters

Gaat het in jouw geval om een peuter? Besef dat je kleintje nog helemaal niet zoveel snapt van begrippen als fout en goed. Iemand is aardig of niet, klaar. En als die iemand dan ook nog zo’n puppy bij zich heeft…

Je kunt je kindje wel geleidelijk leren over dit soort dingen door boekjes of filmpjes te kijken waarin het onderscheid wordt gemaakt tussen goede en slechte mensen (of juist vaak dieren).

Maar laten we ook niet al te veel in paniek raken, want bij een peuter ben je immers toch altijd nog wel in de buurt. Je zal zelf je kind dus goed in de gaten kunnen (moeten) houden.

Is je kind eenmaal rond de vier/vijf jaar, dan kun je de regel gaan hanteren dat hij altijd eerst naar jou toe moet komen.

Wil Cats
Volg me via:
Latest posts by Wil Cats (see all)