Jarenlang heb ik met veel liefde en plezier als pedagogisch werker twee peutergroepen onder mijn hoede gehad. De leeftijd tussen 2 en 4 jaar scharrelde dagelijks om mij heen en ik vind het prachtig. Peuters zijn echt letterlijk op ontdekkingsreis.

Het loskomen van thuis, omgaan met andere kinderen en volwassenen, omgaan met regels, ontdekken van verschillende materialen en speelgoed. Hoe heerlijk om deze waanzinnige ontwikkeling mee te mogen maken en te zien hoe ieder kind op zijn of haar eigen manier groeit.

Voorlezen gebeurde op verschillende momenten van de dag. Bij het openen van de dag om hiermee duidelijk te maken met welk thema we zouden gaan werken, als rustmoment bij het eten en drinken en als afsluiter van de dag.

Ik genoot hier iedere keer weer van. De kinderen gingen helemaal op in elk verhaal, gesprekjes kwamen er door op gang, soms werd er gegiecheld, soms was het eng, soms konden we gewoon niet meer stil zitten en bewogen we mee met het verhaal en soms kwam er door de tekst spontaan een liedje naar boven waardoor we wel moesten zingen.

Voorlezen is wat mij betreft een feestje. En feestjes zijn altijd welkom! Vier het feest mee, zo vaak als mogelijk. Het is een echte verrijking voor iedereen! Eigenlijk kan ik alleen maar voordelen zien van voorlezen.

Met voorlezen help je anderen om taal beter te begrijpen, de woordenschat te vergroten, gevoelens te leren begrijpen, emoties te leren herkennen en te koppelen bij het juiste gevoel, het verschil te leren tussen goed en slecht, het helpt beter te luisteren en te concentreren, het prikkelt de fantasie, het levert leuke, leerzame gesprekjes op, het bevordert het lezen zelf.

Wie veel wordt voorgelezen, zal zelf ook sneller een boek uit de kast pakken om zelf te gaan lezen. Interesses kunnen worden verbreed, bij een ruimere keuze bied je de luisteraar meer kennis over verschillende onderwerpen. Bovendien is lezen ook gewoon leuk!

Het voorlezen kan ook helpen bij een goede regelmaat in het dagritme. Jonge kinderen die nog weinig besef hebben van tijd en nog geen klok kunnen kijken weten wel al snel genoeg dat het na het voorlezen meestal tijd is om te gaan slapen.

Het helpt om een rustmoment in te lassen na drukke momenten van de dag. Even geen beeldscherm met dat felblauwe licht, even geen piepjes en geluiden van meldingen die op een apparaat binnenkomen, even geen achtergrond van televisieprogramma’s die je als kind toch nauwelijks begrijpt. Alleen jij met je kind en een boek, meer niet.

Vanaf welke leeftijd kun je voorlezen?

Met voorlezen kun je niet vroeg genoeg starten. Je kunt al vanaf dag 1 beginnen! Lezen begint op schoot, niet op school.

Echt voorlezen op de klassieke manier, dus dan echt de tekst voorlezen en naar de prenten kijken kan pas op dreumesleeftijd, als het kind ongeveer 1,5 jaar oud is. En dan nog moet er rekening gehouden worden met de zeer beperkte concentratieboog van het kind.

Vanaf 0 tot 1,5 jaar, de babyleeftijd

Pasgeboren baby’s zien de eerste maanden alles nog voornamelijk zwart-wit. De kleurverschillen en details van voorwerpen kunnen rond een half jaar worden onderscheiden, dan wordt het zicht scherper en komt er ook meer diepte in het zicht.

Een pasgeboren baby heeft dus veel baat bij grote contrasten, hoe hoger het contrast, hoe beter de baby kan zien. Voornamelijk kan een baby alles dichtbij, met een afstand van ongeveer 30 tot 50 cm goed zien.

Het zwart-witboekje over Milo de kat van Rowena Blyth (hier) is een ideaal boekje om mee te starten met voorlezen. Door naar de beelden te kijken, worden de hersenen en de visuele ontwikkeling gestimuleerd en bovendien luistert een baby al vanaf dag 1 naar jouw stem.

Vooral de stem van mama is direct herkenbaar, want die heeft de kleine al geregeld gehoord toen het nog in de buik groeide.

Kinderen onder de 1,5 jaar “spelen” nog vooral met de boekjes. Zo zijn er tal van zachte, pluche knisperboekjes te vinden waar baby’s mee kunnen stoeien en ontdekken.

De stoffen boekjes (hier) zijn ideaal, kunnen makkelijk vastgehouden worden, zijn licht van gewicht, komen niet hard aan als je het tegen je hoofd krijgt, kunnen niet kapot en krijgen geen nare vouwen of ezelsoren.

Deze zitten vol met grappige frutsels en verstopplekjes om iets in te verstoppen of uit te halen en kunnen soms zelfs ook nog veilig in een wasmachine na een ongelukje.

Belangrijk is het om bij baby’s alles klein te houden. Een lief klein boekje, met niet al te veel schreeuwerige harde kleuren, niet te veel details, geen overdreven harde geluiden. Houd je stem ook zacht. Je hoeft niet te fluisteren, maar je kindje zit lekker dichtbij je, op schoot, tegen je aan en dan hoort hij je stem al heel duidelijk.

Zeker als het in de ruimte om jullie heen verder stil is, geen muziek op de achtergrond, geen televisie aan, alleen jij en je baby luisterend naar het verhaal van het boekje.

Lees ook: Baby boeken

Van 1,5 tot 3 jaar, de dreumesleeftijd

De ontdekkingsreis gaat nu van start! Kruipen, klauteren, optrekken aan tafels, eerste stapjes zetten, geluiden kennen en nabootsen, voertuigen nadoen, woordjes kunnen zeggen. Er gebeurt nu van alles binnen de ontwikkeling van je kind, de wereld wordt groter en wil ontdekt worden.

Ga met je kind mee op deze ontdekkingstocht en leer samen al kijkend en luisterend wat deze grote mooie wereld allemaal te bieden heeft.

Maak hierbij gebruik van de leukste leerzame kijk- en zoekboekjes zoals bijvoorbeeld; Ik zag twee beren woordjes leren. Met vrolijke kijkplaten zie je wat er in een woonkamer staat, hoe een tuin eruit ziet, wat er in een wasstraat te vinden is en nog veel meer.

Als voorlezer kun je hier spelenderwijs woordjes leren aan je kind. Zoek de deur van de kamer in het boek, en hebben wij ook zo’n deur hier in huis? Koppel zoveel mogelijk woorden uit het boek ook in de eigen omgeving en maak er een vrolijk spel van, op deze leeftijd zijn kinderen graag actief en is lang stilzitten geen optie.

Het voorlezen voor het slapengaan wil je natuurlijk zo rustig mogelijk houden, hoe rustiger je dit moment houdt, hoe makkelijker het kind straks ontspannen in zal slapen. En toch kun je wel “spelen” met je stem.

Een monotone stem is hier echt een dooddoener. Het verhaal gaat pas leven als je verschillende stemmetjes gebruikt, voor ieder karakter uit het boek een ander “eigen” stemmetje.

Maak het ook groot, niet alleen door je stem te veranderen maar lees voor met je hele lijf! Laat zien dat het karakter uit het verhaal een vies gerecht moet eten, trek dan dus ook zelf een vies gezicht.

Enge spannende dingen kun je ook goed uitbeelden door jezelf klein te maken, beetje in elkaar gekropen en angstig uit je ogen kijken. Houd ook je kind zelf in de gaten, speel in op zijn gevoelens. Zodra hij of zij laat zien wat hij wel of niet leuk vindt kun je daar ook extra op reageren en benoemen.

Van 3 tot 4 jaar, de peuterleeftijd

De ontdekkingstocht gaat verder. Inmiddels heeft het kind al veel woorden geleerd en gaat de wereld om hem heen meer en meer “leven”.

Met een grote fantasie verzint de peuter van alles bij elkaar, speelgoedpoppetjes komen tot leven , stoelen en tafels waar tegenaan wordt gelopen zijn “stom” en hadden aan de kant moeten gaan, voertuigen en dieren maken het hardst lawaai en bewegen zich voort alsof het monstertrucks zijn.

Grote prentenboeken zoals de Hummelheisa (hier) nemen de peuter mee op ontdekkingstocht. Ze laten de mooiste tekeningen zien van alle dieren die op de wereld rondlopen en leren de peuter wat elk dier afzonderlijk doet en kan.

Prentenboeken kunnen op deze manier heel veel thema’s uitleggen en soms is er maar heel weinig tekst voor nodig.

De prent vertelt al genoeg. Ideaal om zelf in te bladeren en te ontdekken, maar ook leuk om zelf je verhaal te bedenken bij het boek en zo samen een fantasievol verhaal te bedenken die iedere leesbeurt weer een beetje kan veranderen.

Net als bij de dreumes is een peuter nog niet in staat om lang stil te zitten en een verhaal goed geconcentreerd te volgen door enkel maar te luisteren. Zodra het kind actief mee kan doen blijft het langer geboeid en betrokken bij het verhaal.

Tal van leuke middeltjes zijn hierbij te gebruiken. Met verschillende muziekinstrumenten kun je geluiden uit het verhaal me spelen, met handpopboeken (hier) gaan verhalen extra leven want de kinderen zien nu de hoofdpersoon ook in het echt.

Verhalen die dicht bij het kind staan, als bijvoorbeeld een vieze neus geeft herkenning en is dus ook makkelijker en leuker om naar te luisteren. Neem het kind mee in het verhaal en beleef samen het avontuur mee met je hele lijf.

Van 4 tot 6 jaar, de kleuterleeftijd

Een nieuwsgierig kleuter wil alles weten en staat graag vooraan om alles goed te kunnen zien. Het liefst met de neus er boven op!

Kleuters kopiëren ook graag anderen, het gedrag van de gezinsleden of huisgenootjes komt vaak zichtbaar terug in hun spel. Zo kan het verzorgen van de pop laten zien hoe een jonger broertje of zusje wordt verzorgd.

Het kokkerellen in potjes en pannetjes laat zien hoe gedreven jij als ouder een avondmaal klaarmaakt en het liefdevol toespreken van knuffels en speelgoeddieren laat zien hoe er omgegaan wordt met dieren in de omgeving.

Het spel van de kleuter verrijkt maar wel graag op een veilige, herkenbare manier. Kleuters begeven zich graag op vertrouwd gebied, waar voorspelbaar is wat er komen gaat.

Die voorspelbaarheid zal ook de keuze uit boeken beperken. Avond aan avond willen ze weer voorgelezen worden uit datzelfde boek, met de herkenbare beelden en teksten. Dit geeft de kleuter een gevoel van veiligheid en grip op die grote wereld om hem heen.

Een kleuter begrijpt al heel veel en kan daarom ook al durven stoeien met taal. Het maken van woordgrapjes stimuleert hier het spelen met taal extra goed.

Ook verhalen in rijm, gedichtjes en versjes die klinken als een muzikaal liedje vinden kleuters fijn om te horen. Ze kunnen de versjes ook op deze manier sneller mee opzeggen en ook dat geeft ze weer die veiligheid die ze zoeken.

Veel van dit soort korte versjes gaan vaak over gevoel. Ook hier stoeit een kleuter veel mee. Door een versje met veel goede mimiek op je gezicht mee op te zeggen leert het kind welk emotie bij welk gevoel hoort en kunnen ze ook sneller hun eigen gevoel leren kennen en herkennen.

Veel prentenboeken sluiten aan bij gevoelens en emoties. Het boek Als verdriet op bezoek komt van Eva Eland (hier) is een mooi voorbeeld om alles te leren over verdriet en troost.

Het kleurenmonster (hier) is een grappig boek om alle emoties te ontdekken. Soms voel je misschien wel alle emoties door je lijf borrelen en moet je ze weer even goed netjes op een rijtje zetten. Dit boek helpt je hierbij en helpt je ook over al deze gevoelens te praten.

Een kleuter gaat voor het eerst logeren. Bij zo’n uitstapje komen heel veel gevoelens om de hoek kijken. Je kijkt er naar uit, het is gezellig, je gaat fijn samen dingen doen en samen spelen, maar dan lig je ineens in een andere kamer in een ander bed en dat is toch wel eng, spannend.

Ben je bang? Voel je je verdrietig? Of ben je juist dapper en voel je je nu heel stoer?

Een boek zoals deze hier kan een kleuter helpen om een onderwerp bespreekbaar te maken. Voor elke gebeurtenis is wel een mooi passend prentenboek te vinden.

Gebruik ze! Laat je kind horen dat die gevoelens oké zijn en dat anderen hier ook weleens last van kunnen hebben en leer je kind zien hoe je met deze gevoelens om kan gaan.

Het maakt je kind sterker en geeft het meer zelfvertrouwen om de stap te zetten en te gaan naar die ene enge zwemles of dat kinderfeestje waar je maar weinig kinderen kent. Help je kind te groeien om zelfverzekerd te voelen.

Van 6 tot 8 jaar, de middenbouw

Kinderen gaan nu ook zelf letters leren lezen en schrijven. Kleine teksten zullen al snel opgedreund worden alsof ze nooit anders gedaan hebben. Kinderen voelen zich nu wel heel erg groot, nu ze ook zelf een boek kunnen lezen. En toch blijft het ook wel erg fijn om nog geregeld voorgelezen te worden.

Humor zoals in dit boek hier speelt nu de grootste rol. Gekke verhalen die eigenlijk helemaal niet kunnen, moppen die doorverteld kunnen worden, platte grappen om van te schuddenbuiken. Ze genieten hier nog zo enorm van!

Spelen met taal, dingen andersom bedenken, listige plannetjes bedenken om iemand om de tuin te leiden. Een komisch verhaal verpakt in een kleurrijk prentenboek, smullen zullen de kinderen van dat toch wel slimme lieveheersbeestje die boeven te grazen wil nemen.

Lekker wegdromen en fantaseren dat jij die jongen bent met die geweldige superogen waarmee je de vreemdste harige wezens, de Gorgels (hier) kunt zien…..droom weg bij de verhalen van Jochem Myjer. Er is een hele serie inmiddels verschenen dus als de bundel uit is, geen paniek, er is nog een vervolg!

Wie gek is op paarden en pony’s kan dit boek moeilijk weg leggen. Pony Stip (hier) heeft hier de hoofdrol, een ondeugende pony die graag door de modder rolt en wegloopt zodra het kan.

Een fijn boek wat voor beginnende lezers een makkelijk boek is om zelf te lezen en natuurlijk ook fijn om uit voorgelezen te worden zodat jij alleen nog maar je ogen hoeft te sluiten en te dromen dat jij Emma of Stip bent.

Als iemand weet hoe belangrijk het is om boeken te lezen, dan is het wel schrijver Paul van Loon (hier). En er is er ook maar één die zo fantastisch kan schrijven als hij. Dolfje Weerwolfje, Foeksia de miniheks, de Griezelbus, Sam Schoffel, Raveleijn zijn allemaal uit de pennenkoker van Paul gerold.

Smeuïge verhalen vol avontuur, spanning, vriendschap, fantasie en humor. Hier kun je nooit genoeg van krijgen!

10+, de bovenbouw

In de bovenbouw wordt gelukkig nog steeds wel voorgelezen. De juffen en meesters weten als geen ander hoe belangrijk het lezen blijft voor onze kids.

De één vindt het misschien saai, maar de ander smult er nog steeds van, tijdens de pauze als iedereen zijn trommeltje open op tafel heeft hoor je enkel de stem van de mees of juf die weer een hoofdstuk verder leest uit een spannend, aangrijpend boek.

Thema’s die aansluiten bij de leeftijdsfase, het opgroeien naar de puberleeftijd, het verliefd worden op een ander, het worstelen met vriendschappen, wat past bij mij? Wat vind ik leuk en wat juist niet? Hoor ik er bij? Ben ik een pester of word ik gepest?

Schrijfster Carry Slee (hier) is een ware held voor deze kinderen. Ze schuwt geen enkel thema, alles komt in haar boeken aanbod. En daarnaast zijn er ook tal van andere boeken door haar geschreven gewoon om even lekker bij weg te dromen.

Zoals bijvoorbeeld Juf Braaksel, een gemene directeur van een basisschool waar kinderen uit groep 7 allerlei plannen bedenken om voor eens en voor altijd van deze verschrikkelijkste juf op aarde af te zijn. Een heerlijke reeks die inmiddels al is uitgebreid tot maar liefst 5 delen.

Dat de leerkrachten op school goed doorhebben dat blijven lezen belangrijk is voor de ontwikkeling van kinderen blijkt ook uit overige activiteiten die al decennia lang worden uitgevoerd op de basisschool en die gelukkig nog steeds worden ingezet in het rooster.

Zo is het mogelijk dat jij vroeger als groep 8-er wel eens op een kussen in de hal zat met één of twee kinderen uit groep 3 om met hen samen te lezen. Of heeft jouw eigen spruit uit groep 7 of 8 ee