Skip to Content

Rekenvolgorde; volgorde van bewerkingen en ezelsbruggetjes

Rekenvolgorde; volgorde van bewerkingen en ezelsbruggetjes

Wiskunde is een fundamentale discipline die ons helpt de wereld om ons heen te begrijpen. Een van de basisprincipes in de wiskunde is de rekenvolgorde, ook wel bekend als de volgorde van bewerkingen. Het correct toepassen van deze volgorde is essentieel om juiste antwoorden te verkrijgen in berekeningen. In dit artikel bespreken we de rekenvolgorde en enkele handige ezelsbruggetjes die je kunnen helpen deze regels te onthouden.

Wat is de rekenvolgorde?

Rekenvolgorde, ook bekend als de volgorde van bewerkingen, verwijst naar de regels die bepalen in welke volgorde bewerkingen in een wiskundige uitdrukking moeten worden uitgevoerd. Het is essentieel om deze regels te volgen om correcte resultaten te verkrijgen.

Zonder een standaardvolgorde zouden wiskundige uitdrukkingen tot verschillende antwoorden kunnen leiden, afhankelijk van de volgorde waarin de bewerkingen worden uitgevoerd.

De basisregels van rekenvolgorde

Voer optellen en aftrekken uit van links naar rechts, na de haakjes, exponenten, vermenigvuldigen en delen.

De standaard volgorde van bewerkingen is als volgt;

  1. Haakjes: Voer eerst alle bewerkingen uit die binnen haakjes staan.
  2. Exponenten (machtsverheffen en worteltrekken); Voer bewerkingen met exponenten (machtsverheffen en worteltrekken) uit na de haakjes.
  3. Vermenigvuldigingen en Delen (van links naar rechts); Voer vermenigvuldigen en delen uit van links naar rechts, na de haakjes en exponenten.
  4. Optellen en Aftrekken (van links naar rechts); Voer optellen en aftrekken uit van links naar rechts, na de haakjes, exponenten, vermenigvuldigen en delen.
StapBewerkingenVoorbeeldUitleg
1Haakjes3×(2+5)=Eerst de bewerking binnen de haakjes: 2+5
2Exponenten23+4=Eerst machtsverheffen: 23=8
3Vermenigvuldigen/Delen6:2×3=Van links naar rechts: 6:2=3, 3×3=9
4Optellen/Aftrekken8+2−5=Van links naar rechts: 8+2=10, 10−5=5

Laten we deze regels in detail bekijken.

Haakjes

Haakjes hebben de hoogste prioriteit in elke wiskundige uitdrukking. Dit betekent dat je altijd eerst de bewerkingen binnen de haakjes moet uitvoeren voordat je verder gaat met de rest van de uitdrukking. Haakjes kunnen ook worden genest, wat betekent dat er haakjes binnen haakjes kunnen zijn. In dat geval werk je van binnen naar buiten.

Voorbeeld:

In deze uitdrukking moet je eerst de som binnen de haakjes berekenen:

3 × (2 + 5) × (2 + 5) =
3 x 7 x 7 =
21 x 7 = 147

Exponenten

Na haakjes komen exponenten, zoals machtsverheffen en worteltrekken. Deze bewerkingen moeten worden uitgevoerd voordat je doorgaat naar vermenigvuldigen, delen, optellen en aftrekken.

Voorbeeld:

Eerst bereken je de exponent:

23 + 4=
8 + 4 = 12

Vermenigvuldigen en delen

Vermenigvuldigen en delen komen na haakjes en exponenten. Deze bewerkingen worden van links naar rechts uitgevoerd, afhankelijk van welke eerst komt.

Voorbeeld:

Je werkt van links naar rechts:

6 : 2 x 3 =
3 x 3 = 9

Optellen en aftrekken

Als laatste komen optellen en aftrekken, ook uitgevoerd van links naar rechts.

Voorbeeld:

Werk van links naar rechts:

8+2−5=
10-5=15

Veelgemaakte fouten en hoe ze te vermijden

Een veelgemaakte fout is het negeren van de volgorde van bewerkingen, vooral wanneer een uitdrukking meerdere bewerkingen bevat. Laten we een veelvoorkomend voorbeeld bekijken en zien hoe de volgorde van bewerkingen correct kan worden toegepast.

Voorbeeld:

3+4×2=

Sommige mensen zouden kunnen optellen voordat ze vermenigvuldigen, wat tot een fout resultaat zou leiden.

(3+4)×2=
7×2=14

(incorrect)

De juiste manier is om eerst te vermenigvuldigen en dan op te tellen:

3 + 4 × 2 =
3 + 8 = 11

Ezelsbruggetjes voor Rekenvolgorde

Ezelsbruggetjes zijn handige geheugensteuntjes die kunnen helpen de volgorde van bewerkingen te onthouden. Hier zijn enkele populaire ezelsbruggetjes:

Eenvoudige Nederlandse Ezelsbruggetjes

Misschien ken je hem nog wel van vroeger; Meneer Van Dalen Wacht Op Antwoord. Waarbij je eerst ging rekenen met Machten, dan Vermenigvuldigen, dan Delen, vervolgens Worteltrekken, dan Optellen en tenslotte Aftrekken. Dit ezelsbruggetje is echter niet meer van toepassing, aangezien de rekenregels veranderd zijn. Je komt nu uit op:

  1. H aakjes
  2. E xponenten (m achtsverheffen en w orteltrekken)
  3. V ermenigvuldigingen en D elen (van links naar rechts)
  4. O ptellen en A ftrekken (van links naar rechts)

Een ezelsbruggetje zou dan kunnen zijn:

  • Hier wacht meneer van Dale op antwoord
  • Het ezeltje verkoopt de oranje appels
  • Help mij wiskunde van die opdrachten af
  • Hoe moeten wij van de onvoldoendes afkomen?
  • Het mannetje won van de oude aap.
  • Heel elegante vrouwen doen onze afwas.

PEMDAS (Engelstalig)

Een veelgebruikt Engels acroniem is PEMDAS:

  • P arentheses (haakjes)
  • E xponents
  • M ultiplication en D ivision
  • A ddition en S ubtraction

Een populair geheugensteuntje in het Engels is: “P lease E xcuse M y D ear A unt S ally.”

Voorbeelden van complexe uitdrukkingen

Laten we enkele complexe voorbeelden bekijken en stap voor stap de volgorde van bewerkingen toepassen.

Voorbeeld 1:

(3 + 2) × 42=
5 x 42 =
5 x 16 = 80

Voorbeeld 2:

6 + 2 × (5 − 3)2 =
6 + 2 × 22 =
6 + 2 × 4 =
6 + 8 = 14

Oefenvoorbeelden

Rekenvolgorde; volgorde van bewerkingen en ezelsbruggetjes
Rekenvolgorde; volgorde van bewerkingen en ezelsbruggetjes
Rekenvolgorde; volgorde van bewerkingen en ezelsbruggetjes
Rekenvolgorde; volgorde van bewerkingen en ezelsbruggetjes

Het belang van juiste rekenvolgorde in de praktijk

Het correct toepassen van de rekenvolgorde is niet alleen belangrijk in de klas, maar ook in het dagelijks leven en verschillende beroepen. Ingenieurs, wetenschappers, en financieel analisten vertrouwen allemaal op de juiste toepassing van deze regels om nauwkeurige berekeningen te maken. Het niet volgen van de rekenvolgorde kan leiden tot ernstige fouten en verkeerde conclusies.

Het toepassen van de rekenvolgorde volgens de stappen zoals hierboven beschreven zorgt ervoor dat je altijd de juiste volgorde van bewerkingen gebruikt en daardoor de juiste uitkomst krijgt. Door deze regels in volgorde toe te passen, voorkom je fouten en begrijp je beter hoe complexe wiskundige uitdrukkingen moeten worden opgelost.

Linda van Aken