Skip to Content

Social media berichten van ouders; wat wel of niet delen van kinderen?

Social media berichten van ouders; wat wel of niet delen van kinderen?

Het lijkt allemaal zo mooi. Een pasgeboren moeder toont de ene na de andere mooie foto van haar pasgeboren baby, het liefste zo snel en zo maak mogelijk. Welke indruk wekt dit instant sharing eigenlijk?

Wel of niet online met je kinderen?

Persoonlijk heb ik er sinds het begin van mijn moederschap voor gekozen om geen foto’s van mijn kinderen te plaatsen op social media. Dit heeft meerdere redenen.

Ten eerste wil ik dat mijn kinderen zelf kunnen kiezen of hun foto zich op het internet verspreidt. Ik weet heus dat het niet voor 100 procent te voorkomen is. Buiten mijn huis speelt zich namelijk ook een leven af.

Daar waar ik er echter invloed op heb, probeer ik die ook uit te oefenen. Je weet tenslotte tegenwoordig niet waar foto’s naartoe gaan en tevoorschijn zullen komen zonder dat je daar expliciet toestemming voor hebt gegeven.

Onzeker door instant sharing op social media

Ten tweede doe ik zelf niet veel met social media. Een tijdje geleden realiseerde ik me wat voor een impact een gecreëerde en ge-ensceneerde wereld op mij kan hebben. Ook al sta ik best behoorlijk zelfverzekerd in het leven, toch konden sommige verhalen of foto’s me aan het twijfelen krijgen.

Lag ik bijvoorbeeld uitgeteld op de bank naar een duffe serie te kijken en scrolde ik tijdens de pauze even door Instagram en Facebook, zag ik daar de mooiste foto’s en verhalen over een leuk uitje van het afgelopen weekend die vriend X had gehad.

Of een heerlijk gezellig, gelukkig en vriendelijk glimlachend kind of vriendin X die net een fantastische, en totaal verhelderende work-out had uitgevoerd.

En plots kon ik mezelf toch zomaar een beetje minder zelfverzekerd gaan voelen. Want, deed ik wel voldoende met mijn kinderen? En had mijn leven nog wel voldoende sprankeling? En die six-pack die ik niet bezit (althans niet op buik-niveau)…ben ik nog wel aantrekkelijk?

Terwijl ik tegelijkertijd ook wist van sommige plaatsers dat hun leven lang niet altijd over rozen ging. En dat hun relatie niet alleen maar hosanna was. Plaatsten zij dat dan om hun leven mooier te laten lijken of plaatsten ze alleen de leuke dingen en niet de bagger die ze meemaken? Wat is hun reden?

Om eerlijk te zijn weet ik het niet. Ik kan er allerlei dingen over bedenken.

Bijvoorbeeld dat niemand zit te wachten op een verhaal over een ordinaire ruzie, of een kind dat de hele toko op zijn kop zet? (Ik zit daar wel op te wachten trouwens, want dan voel ik me niet zo alleen).

Er zijn intussen wel sites die ook de reëlere kant van het leven beschrijven. Desondanks voert geluk en gezelligheid de boventoon op social media.

Hoe dan ook; ik ben op een gegeven moment gestopt met op Facebook individuen te volgen. En al helemaal geen celebrities die de godganse dag met hun killerbody, nepglimlach, opvoedkundige verantwoorde praktijken en gefilterde foto’s pretenderen een supermens te zijn. 

Ik volg alleen nog bepaalde groepen waar ik interesse in heb. Ik wil niet meer in de verleiding komen te denken dat een ander het helemaal voor elkaar heeft terwijl er meerdere kanten zijn.

En als ik echt benieuwd ben hoe het met iemand gaat, dan bel of app ik liever even.

Oversharing en gevolgen voor psychische toestand

Het verbaasde me dan ook niet heel erg toen ik een Amerikaans onderzoek las waarin werd beschreven hoe de psychische toestand van de moeder wordt beïnvloed door het plaatsen van foto’s op social media.

Het onderzoek besloeg een groep van 127 moeders waarbij gesteld werd dat moeders die veel foto’s plaatsen op social media een grotere kans op een depressie hebben.

Zij plaatsen heel regelmatig foto’s van hun (pasgeboren) kind en zijn vervolgens geobsedeerd door het al dan niet krijgen van likes of positieve reacties op hun post.

Als deze uitblijven, of de reacties zijn negatief, dan kan dit heftige gevolgen hebben voor de gemoedstoestand van de moeder. Deze moeder ontleent dus best veel aan het feit hoe er gereageerd wordt op haar post(s).

Dat vind ik best heel erg schrijnend. Toont dat namelijk niet aan hoe verschrikkelijk onzeker zo’n moeder is? De periode waarin je net moeder bent is al zo ontzettend intensief. Je hormonen slingeren je van links naar rechts en weer terug, je nachtrust is vaak ver te zoeken en je hebt de zorg voor een klein wezentje.

Ik weet niet welke ingrediënten je nog meer nodig hebt om uit balans te raken. Als je dan vervolgens je eigenwaarde ook nog wil halen uit de hoeveelheid likes op je post dan garandeer ik je een totale ontregeling.

De keerzijde van alles kunnen weten (opzoeken)

Als ik iets niet weet zeg ik vaak ‘Google is my best friend’. Tijdens de kraamperiode van mijn oudste dacht ik ook dat Google en ik goede vriendjes waren, maar dat bleek toch niet helemaal waar.

In mijn onzekerheid vond ik het namelijk nodig om van alles op te zoeken. Variërend van ‘kan mijn kind een speen als hij borstvoeding krijgt’ tot ‘hoe zorg ik dat mijn kind goed hecht’?

Achteraf gezien bullshit natuurlijk. Bedenk je eens dat je met (veel te) weinig nachtrust, rondstuiterende hormonen, een aandacht vragende baby en diverse lichamelijke ongemakken wil gaan uitvinden hoe je een perfecte moeder kan zijn. En dat je dan 325 verschillende antwoorden krijgt.

Oh ja, en er staat niet bij welk antwoord het juiste is. Mocht je dan toevallig zelf ook al een idee hebben gehad over het antwoord op de vraag en dat antwoord staat er niet tussen, dan zal het vast geen juist antwoord zijn, toch? JAWEL!!!!

Ik ben blij dat ik een man heb die mijn telefoon uit het raam heeft gegooid (haha, geintje natuurlijk) en me op het hart heeft gedrukt dat ik gewoon moet doen wat goed voelt en dat het allemaal best goedkomt.

En dat ik een Googleverbod had van 30 dagen. Thank God!

Uiteindelijk vind ik het natuurlijk ieder zijn eigen ding om leuke foto’s en verhalen te posten. Of te lezen van anderen. Lekker doen als je daar gelukkig van wordt. Tenzij je je eigenwaarde gaat ontlenen aan de al dan niet geleverde reacties of likes, stop dan alsjeblieft.

Loes van 't Hooft