Skip to Content

Nationaal Monument Kamp Amersfoort

Nationaal Monument Kamp Amersfoort

Nationaal Monument Kamp Amersfoort is een monument en museum in Leusden, en één van de concentratiekampen in het door de Duitsers bezette Nederland tijdens de Tweede Wereldoorlog. Er is een bezoekerscentrum gevestigd met daarin een permanente expositie. Eén ‘bunker’ uit de oorlog staat er nog, evenals één wachttoren.

Een aantal andere overblijfselen zoals de kampklok, enkele monumenten en reconstructies zijn hier later geplaatst. Aan de overkant van de weg is de schietbaan gelegen waar veel executies plaatsvonden en die door gevangenen gegraven is. Aan het eind staat daar nu het standbeeld ‘De stenen man’.

Nationaal Monument

Na de oorlog werd besloten op meerdere plekken in Nederland nationale monumenten op te richten. Uiteindelijk zou ook bij Kamp Amersfoort in 1953 een nationaal monument worden opgericht, de man voor het vuurpeloton. Op het kampterrein werd na de oorlog bijna alles afgebroken dat nog van het kamp over was, de laatste barak in 1975. In 1995 werd de huidige gedenkplaats ingericht. Voor het beheer werd op 28 maart 2000 de stichting Nationaal Monument Kamp Amersfoort opgericht.

Het initiatief van kamp Amersfoort was afkomstig van oud-gevangene Gerrit Kleinveld en een vertegenwoordiger van de tweede generatie. Het logo van de stichting, een door prikkeldraad omgeven roos, herinnert aan de vroegere “rozentuin”, en is gebaseerd op twee tekeningen van oud-gevangene Jacques Kopinsky. Daar worden op de jaarlijkse herdenking van de bevrijding van het kamp, 19 april, bloemen gelegd. Sinds enkele jaren doet ook de Duitse ambassadeur dat, en er neemt altijd een officiële Russische vertegenwoordiger deel aan de herdenking. Daarnaast zijn er herdenkingen op 4 en 5 mei.

Er is een klein gebied van 50 bij 50 meter waarin nog loopgraven en stellingen zijn te zien. Die functie van de loopgraven is nog onbekend, maar archeologisch onderzoek toonde in 2011 aan dat de stellingen bedoeld waren om luchtafweergeschut in op te stellen. Eén loopgraaf door dit gebied is hersteld en nu te bezichtigen voor bezoekers.

De Ladder

De Ladder is een monument dat gemaakt is door de kunstenaar Armando. Het monument is in 1994 onthuld en staat vlakbij Kamp Amersfoort op de hoek van de Laan 1914 en de Doornseweg in Amersfoort. Het is een kunstwerk dat moet laten denken aan een bronzen ladder. Het kunstwerk is 14 meter hoog. De ladder staat symbool voor een vluchtweg, troost en de gedachten van de gevangenen. ‘De Ladder’ heeft volgens de kunstenaar verschillende betekenissen.

Zo zorgt een ladder ervoor dat laag met hoog verbonden wordt en waarschijnlijk ook andersom. Het staat symbool voor het reiken naar iets dat hoger is dan het menselijke. Ook kan het de hulp van boven, waar velen gevangenen op hoopten, naar beneden brengen. Iedereen heeft een ladder nodig, maar deze ladder is bedoeld voor ‘de knechten van de plek’ en niet voor de bewaker, die een ladder nodig had om in zijn wachttoren te komen. De ladder ontstond tijdens de bezetting, maar is pas recent zichtbaar geworden, zegt Armando.

De wensen en verlangens van de gevangenen zouden dus via deze ladder het kamp kunnen verlaten. ‘De Ladder’ staat ook symbool voor de gedachten van de gevangenen. In hun gedachten waren ze namelijk vrij. Volgens Armando is ‘de Ladder’ geen echte ladder:“Ook deze ladder is geen echte ladder. Het is een kunstwerk dat aan een ladder doet denken. Het is de ladder van het kamp, de ladder van de plek. Hij is groot en hoog en trots en ongenaakbaar. Hij is van brons.”

Voormalige leden van het verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog hadden aanvankelijk kritiek geleverd op de betekenis die Armando aan het kunstwerk gaf. Ze vonden dat ‘Armando’s krachtpatserij’ een symbool was van ‘de blik van de passieve toeschouwer’. Ook vonden ze dat het monument eigenlijk niets meer was dan ‘een vette houtskooltekening in de ruimte’.

Meer informatie vind je hier.

Geschiedenis:

Het terrein werd in 1939 in gebruik genomen als kazernecomplex voor Nederlandse gemobiliseerde militairen, die werden ingezet bij de aanleg en verbetering van de Grebbelinie en de verdedigingswerken rond Kamp Amersfoort. Vanaf 1941 werd het door de Duitse bezetters gebruikt als Polizeiliches Durchgangslager Amersfoort (PDA). Het was een doorreiskamp naar Duitsland, maar het was ook een werkkamp of strafkamp. Op 18 augustus 1941 kwamen de eerste gevangenen, een groep van bijna 200 communisten, uit kamp Schoorl.

De grootste groep gevangenen bestond uit opgepakte onderduikers, meestal jongens en mannen die aan de arbeidsinzet hadden willen ontkomen en nu in Amersfoort werden ‘voorbereid’ op tewerkstelling in Duitsland. Ook waren het vaak zwarthandelaren en sluikslachters die in het kamp terechtkwamen. In 1943 werd de bevolking van het kamp nagenoeg geheel overgebracht naar Kamp Vught. Dit om een verbouwing en vergroting van het Kamp mogelijk te maken.

Het kamp viel onder de verantwoordelijkheid van Wilhelm Harster, de tweede man onder generaal Rauter. Het kamp stond onder commando van SS-Obersturmführer Walter Heinrich. Amersfoort was een berucht kamp. Beulen als de SS’er Kotalla maakten er de dienst uit en werden door niets in hun wreedheid beperkt. Er bestond verder het gebruikelijke systeem van kapo’s – gevangenen die leiding gaven aan andere gevangenen en vaak wreed optraden. De gevangenen moesten zwaar werk verrichten, zoals het rooien en hakken van bomen. Uiteraard kreeg men veel te weinig te eten om dit zware werk aan te kunnen.

In kamp Amersfoort verbleven in de jaren 1941-1945 in totaal 37.000 geregistreerde gevangenen. Daarvan werden circa 20.000 gedeporteerd naar Duitse concentratiekampen. Sommigen werden eerst overgebracht naar andere kampen in Nederland, waaronder Kamp Westerbork, en van daaruit doorgestuurd naar de vernietigingskampen. Er zijn ongeveer 9.000 gevangenen vrijgelaten. De overige zijn gevlucht, geëxecuteerd of van ellende omgekomen. In totaal overleden 650 mensen. Daarnaast verbleven er 13.000 ongeregistreerde gevangenen voor korte tijd in het kamp.

Op 19 januari 1945 werden 120 Amsterdamse politiebeambten naar Kamp Amersfoort afgevoerd. De politiemensen waren in de nacht van 18 en 19 januari 1945 door de Duitsers gearresteerd omdat er bewust geen resultaten werden geboekt bij de aanslag met springstoffen in de voormalige Spieghelschool aan de Marnixstraat dicht bij het Hoofdbureau van de Politie.

Het gebouw was door de bezetters in gebruik als meldingsbureau en administratie van de Arbeidsinzet in Duitsland. Na een korte periode werden de politieagenten op transport gesteld naar het opleidingskamp “Schalkhaar” voor de Hollandse SS. Op 10 februari 1945 werden ze in vier groepen verdeeld en naar Duitsland getransporteerd.

In 1942 kwamen in Kamp Amersfoort 100 Sovjetkrijgsgevangenen om het leven. Deze krijgsgevangenen kwamen uit de Centraal-Aziatische regio. Ze werden naar Nederland gehaald om te laten zien hoe ‘inferieur’ deze communistische Untermenschen wel niet waren. Ze wekten echter alleen medelijden op. In het kamp werden zij uitgehongerd en moesten ze hard werken.

Op een dag kregen ze stukken brood toegeworpen, waar zij bijstonden, in de hoop dat ze er om zouden vechten en zo een indruk van wilde Untermenschen zouden maken. De gevangenen verzamelden het voedsel echter en verdeelden het rustig. Ze werden in het kamp mishandeld, waarbij 23 doden vielen. De andere 77 soldaten werden op 9 april 1942 om 6.30 uur gefusilleerd.

Op 8 maart 1945 vond de grootste massafusillade uit de oorlogsjaren in Nederland plaats, als represaille na een mislukte (en onbedoelde) aanslag op Hanns Rauter. Landelijk werden honderden gevangen doodgeschoten. In Kamp Amersfoort werden 49 Todeskandidaten aan het einde van de schietbaan geëxecuteerd.

Op 19 april 1945 werd het kamp door SS-Brigadeführer en Generalmajor der Polizei Schöngarth (als waarnemer van Rauter) overgedragen aan Loes van Overeem van het Rode Kruis. Er waren toen nog maximaal 500 gevangenen in het kamp. Op 5 mei 1945 werden de overlevenden voorzien van een Rode Kruispaspoort en mochten zij het kamp verlaten. Daarna werden NSB’ers, collaborateurs en enkele SS’ers geïnterneerd in het Bewarings- en verblijfskamp Laan 1914, zoals het toen werd genoemd.

Op 28 mei 1945 ging het kamp over naar de militaire commissie en werd het bestemd voor Centraal Interneringskamp, zoals dat in Londen was geregeld. Onmiddellijk werden 600 geïnterneerden uit Amersfoort in het kamp overgebracht. Ook werden er ongeveer 2000 à 3000 mensen ondergebracht die terugkwamen uit buitenlandse kampen.

Astrid Tillemans

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

    Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.