Skip to Content

Kinderliedjes met bewegingen en gebaren voor baby’s en peuters

Kinderliedjes met bewegingen en gebaren voor baby’s en peuters

Weet je ze misschien nog van vroeger, die liedjes met bewegingen en spelletjes met spelregels die je dan op de peuter- of kleuterschool deed? Eén van de bekendste is waarschijnlijk wel Zakdoekje Leggen. Er wordt een liedje gezongen en tegelijkertijd een soort spelletje gespeeld.

Heel leuk tijdens het buitenspelen of tijdens de pauze in de klas, maar dit soort liedjes met spelregels werden bijvoorbeeld ook regelmatig tijdens de gymles gedaan.

Heb je inmiddels zelf kinderen? Dan zul je merken dat de liedjes van vroeger ook vandaag de dag nog worden gebruikt en de kinderen het super leuk vinden om samen te dansen, zingen en te spelen.

Op de peuterspeelzaal, het kinderdagverblijf, de buitenschoolse opvang en in de kleuterklassen wordt nog veel gebruikgemaakt van liedjes als activiteit voor de kinderen. Hoe leuk is het dan om ook thuis samen met je kind de liedjes en spelletjes te oefenen?

Extra leuk is het bijvoorbeeld om een diy kinderliedjesboek te maken zodat ze dat mee kunnen nemen naar huis.

Er zat een klein zigeunermeisje

Welk liedje wordt er gezongen?

Er zat een klein zigeunermeisje,
Huilend op een steen.
Huilend, huilend,
Helemaal alleen.
Sta op, meisje lief,
En droog je traantjes af.
Kies een kindje uit de kring,
Met wie je dansen mag.

La la la la la,
La la la la la la, etc.

Hoe speel je het?

Voor dit spelletje heb je behalve genoeg kinderen niets nodig! Heel eenvoudig dus. Je hoeft het natuurlijk niet alleen met meisjes te spelen, want je kunt de tekst ook veranderen in ‘zigeunerjongetje’.

Ook dit spelletje is heel eenvoudig. De kinderen staan in een kring en houden elkaars handen vast, maar er zit één meisje of jongetje in het midden van de kring. Dan wordt het liedje gezongen door de kinderen uit de kring, en het kind in het midden beeldt de tekst uit (huilen, traantjes afdrogen). De kinderen in de kring dansen om het kindje heen. Bij de laatste zin van het liedje, kiest het middelste kindje iemand uit de kring uit om mee te dansen.

Papegaaitje, leef je nog?

Welk liedje wordt er gezongen?

Papegaaitje, leef je nog?
Ia dea
Ja meneer, ik ben er nog.
Ia dea
Ik heb mijn eten opgegeten
En mijn drinken laten staan
Ia dea
Poef!

Hoe speel je het?

Je kunt dit spelletje spelen met twee personen. De kinderen zitten of staan tegenover elkaar en klappen met elkaars handen op een bepaalde manier op het ritme van het liedje. Het bestaat uit drie verschillende bewegingen: diagonaal tegen de handen van de ander klappen (eerst links, vervolgens rechts), met beide handen recht tegen de handen van de ander klappen, en in de eigen handen klappen. Bij het woord ‘poef’ probeer je de ander in de duik te tikken. Het is misschien wat lastig om voor je te zien hoe en wanneer je precies moet klappen, maar gelukkig kun je daarvoor vast wel een video vinden op het internet!

Schipper, mag ik overvaren?

Welk liedje wordt er gezongen?

Schipper, mag ik overvaren, ja of nee?
Moet ik dan ook geld betalen, ja of nee?

(De schipper zegt ‘ja’
De andere kinderen vragen ‘hoe dan?’
De schipper zegt hoe ze naar de overkant moeten komen.)

Hoe speel je het?

Voor dit spelletje zijn geen benodigdheden nodig, alleen genoeg kinderen om het spel mee te spelen! Hoe meer, hoe beter.

Er staat één kind (de schipper) in het midden, en de andere kinderen staan op een rij aan de ene kant van de kamer. Het liedje wordt dan gezongen, en de schipper bepaalt steeds hoe de kinderen naar de overkant mogen komen. Dat kan bijvoorbeeld door te huppelen, te springen als een kikker, of achteruit te lopen.

De schipper probeert ondertussen iemand anders te tikken, die in de volgende ronde de schipper is. Zo kun je het spelletje steeds blijven herhalen.

Je kunt natuurlijk wel afspreken dat iemand maar één keer de schipper mag zijn; nadat hij iemand heeft getikt, doet hij niet meer mee met het spel totdat uiteindelijk iedereen een keer is getikt.

Twee emmertjes water halen

Welk liedje wordt er gezongen?

Twee emmertjes water halen,
Twee emmertjes pompen.
De meisjes op de klompen.
De jongens op het houten been.
Rij maar door mijn straatje heen.

Van je ras, ras, ras,
Rijdt de koning door de plas.
Van je voort, voort, voort,
Rijdt de koning door de poort.
Van je erk, erk, erk,
Rijdt de koning door de kerk.
Van je één, twee, drie!

Hoe speel je het?

De kinderen vormen twee rijen tegenover elkaar. Bij iedereen staat er dus een kind tegenover. De kinderen moeten met het kindje tegenover hun de handen kruislings vastpakken en zingen het eerste couplet van het liedje.

Daarna stapt iedereen naar achteren en mag het koppel dat helemaal aan het einde van de rij staat, elkaars handen vastpakken en door het straatje lopen.

Aan de andere kant van de rij sluiten zij weer aan. Daarna wordt het spelletje herhaald en loopt er dus steeds een ander koppel door de poort die de andere kinderen met hun armen maken. Je kunt zelf kiezen om het spel te beëindigen als alle kinderen geweest zijn, maar het kan in principe oneindig lang herhaald worden.

Witte zwanen, zwarte zwanen

Welk liedje wordt er gezongen?

Witte zwanen, zwarte zwanen
Wie gaat er mee naar Engeland varen?
Engeland is gesloten.
De sleutel is gebroken.
Is er dan geen smid in het land,
Die de sleutel maken kan?
Laat doorgaan, laat doorgaan,
Wie achter is moet vóór gaan.

Hoe speel je het?

Twee kinderen vormen een poortje met hun armen waar de andere kinderen doorheen moeten lopen en het liedje zingen. Bij de laatste zin van het liedje, wordt het poortje van de armen gesloten om het kind dat op dat moment onder de poort staat. Het spel is eigenlijk bedoeld om de groep in tweeën te verdelen.

De kinderen die het poortje vormen, hebben namelijk van tevoren afgesproken wie de “appel” is en wie de “peer”. Het kind dat wordt gevangen, moet “appel” of “peer” fluisteren en dan wordt er aangegeven achter welk kind hij moet gaan staan.

De kinderen weten dus niet wie de “appel” is en wie de “peer”, dus kunnen ze niet weten in welke groep ze terechtkomen.

Zakdoekje leggen

Welk liedje wordt er gezongen?

Zakdoekje leggen,
Niemand zeggen.
Ik heb de hele nacht gewaakt.
Twee paar schoenen heb ik afgemaakt:
Eén van stof en één van leer.
Hier leg ik mijn zakdoekje neer.
Kijk voor je, kijk achter je,
Wie hem heeft, die mag me pakken!

Hoe speel je het?

Dit spelletje is het leukst met minimaal vier kinderen. Verder heb je alleen een zakdoek nodig of bijvoorbeeld een sjaaltje of theedoek.

De kinderen moeten in een kringetje gaan zitten. Eén kind heeft een zakdoek en staat buiten de kring. Alle kinderen die in de kring zitten moeten vervolgens hun ogen dichtdoen en het bijbehorende liedje zingen. Terwijl dat gebeurt, loopt het kind met de zakdoek om de kring heen en legt de zakdoek achter iemand neer.

Als het liedje is afgelopen, kijkt iedereen achter zich om de zakdoek te zoeken. Degene die de zakdoek heeft, moet het kind dat buiten de kring stond en de zakdoek daar heeft neergelegd, proberen te tikken.

Als het kind wordt getikt, is de zakdoeklegger nogmaals aan de beurt, wordt het liedje opnieuw gezongen en wordt de zakdoek achter een ander kind gelegd.

Het kind is veilig als het lukt om op de plek van de tikker te gaan zitten. De tikker is dan zelf aan de beurt om de volgende ronde de zakdoek achter een ander kindje te leggen.

Jisca