Het hoofdje van je baby heeft twee zachte plekken, dit worden de fontanellen genoemd. Je kunt er eentje bovenop het hoofd vinden en de andere aan de achterkant. Op beide plekken zijn de schedelbeenderen nog niet helemaal naar elkaar toegegroeid. Dit is voordelig omdat het hoofdje zich tijdens de bevalling op deze manier qua omvang nog wat kan aanpassen. Ook krijgen de hersenen van het kind ruimte om te groeien in het eerste jaar.

Wat en hoe groot is de fontanel?

Als men het over de fontanel heeft, dan gaat het in de meeste gevallen om de fontanel die bovenop het hoofd te vinden is. Deze ruitvormige plek is over het algemeen duidelijk te zien en goed te voelen. De grootte van de fontanel is per kind verschillend en kan variëren van één vingertop tot de breedte van 4 vingers. Bij kinderen met een nogal forse fontanel is de kleine fontanel aan de achterkant vaak ook beter te voelen.

Op het consultatiebureau checken ze vrijwel bij ieder bezoek (tot het kind 1 jaar is) voorzichtig hoe het ervoor staat met de fontanel. Ook wordt de schedelomtrek gemeten. Deze staat in nauwe relatie tot het sluiten van de fontanellen en de schedelnaden. Schedelnaden zijn het bindweefsel tussen de kronkelige randen van de schedelbeenderen. De schedel van een pasgeboren baby bestaat nog uit vier botdelen aan elke kant. Deze delen liggen mooi tegen elkaar aan, maar ze zijn tijdens en kort na de geboorte nog los. De botdelen worden door elkaar gescheiden middels de schedelnaden en de twee fontanellen. Na de geboorte zullen ze vanzelf sluiten.

Wanneer is de fontanel gesloten?

Na twee jaar zijn de fontanellen volledig gesloten (de kleine fontanel zelfs al vaak na 2 maanden). Tot die tijd moet je dus voorzichtig met deze zachte plekken omgaan. Je kunt er gelukkig niet doorheen prikken, want het hersenweefsel wordt beschermd door onderhuids bindweefsel en door zeer stevig hersenvlies. De fontanel sluit niet doordat de schedelbeenderen naar elkaar toegroeien, maar doordat het bindweefsel verhardt.

Kun je de fontanel voelen?

Wanneer je met je vingertoppen over het midden van het hoofdje van je baby strijkt, voel je de overgang van het harde schedelbot naar de zachte fontanel, die elastisch aanvoelt. Je zou hem enigszins kunnen indrukken, zodat hij direct weer terugveert, maar dat is natuurlijk niet aan te raden.

De fontanel beweegt, is dat normaal?

Ja, het kan bijvoorbeeld zijn dat je bij daglicht de fontanel ziet bewegen op het ritme van de hartslag van je kindje (deze beweging noemen ze pulseren).

Ingezakte of gedeukte fontanel

De fontanel kan soms inzakken, er is dan niet meteen reden voor paniek, maar het is wel zaak dat je je kindje wat beter in de gaten houdt. Een ingezakte fontanel kan namelijk duiden op uitdroging.

Bolle fontanel

Het tegenovergestelde is een bolle fontanel wat kan duiden op verschillende dingen; hij kan wat bol worden als het kindje kauwt, perst of huilt. Als je merkt dat de bolling aanhoudt, neem dan altijd contact op met de huisarts. Het kan namelijk zo zijn dat de bolling wordt veroorzaakt door vochtophoping, door bijvoorbeeld een bloeding of een infectie. Het kan eveneens een symptoom zijn van hersenvliesontsteking.

Hersenvliesontsteking

Deze zeer ernstige aandoening komt vooral voor bij kinderen die jonger dan vijf jaar zijn. Zoals je al uit de naam kunt opmaken gaat het hier om een ontsteking van de vliezen, die om de hersenen en het ruggenmerg zitten. Deze nare infectie kan worden veroorzaakt door een bacterie of een virus. Deze laatste komt het meeste voor en is meestal ongevaarlijk (na een paar dagen gaat dit vanzelf weer over. De bacteriële infectie is de gevaarlijke vorm, met soms een dodelijke afloop. Het is daarom van belang dat de ziekte op tijd wordt herkend en behandeld.

In het begin lijkt het allemaal nog op een griepje, maar zodra je merkt dat je kind zijn/haar nek moeilijk of niet naar voren kan buigen, moet je direct contact opnemen met een arts. Ook bij verwardheid, suf zijn of huilen bij iedere beweging is het zaak om snel mogelijk het kind te laten onderzoeken. De volgende symptomen zijn ook passend bij een hersenvliesontsteking bij een baby of peuter:

  • Koorts, koude handen en voeten
  • Prikkelbaar zijn en niet opgetild willen worden
  • Snelle of zelfs knorrende ademhaling
  • Ongebruikelijk veel huilen of kreunen
  • Stijve nek en niet tegen fel licht kunnen
  • Weigeren om te eten en soms zelfs overgeven
  • Slaperig zijn en/of niet reageren
  • Bleke huid met rode vlekjes die je niet weg kunt duwen
  • Gespannen en gezwollen fontanel
  • Stuiptrekkingen en/of toevallen

Voel je je er niet prettig bij, schakel dan sowieso een arts in! Je kunt altijd vertrouwen op je moedergevoel en je kunt maar beter een keertje teveel naar de arts gaan, dan dat je misschien te laat bent!

Voorkeurshouding

Daarnaast ontwikkelen ongeveer acht op de 10 kinderen een voorkeurshouding, wat kan leiden tot een afplatting van de schedel. Dit ontstaat vaak als een baby meer dan 75% van de tijd zijn/haar hoofd dezelfde kant op houdt, je kan dit spelenderwijs proberen te voorkomen door je kind veel tummy time te geven. Is er op de leeftijd van vijf á zes maanden nog steeds sprake van de voorkeurshouding en is er nog geen verbetering opgetreden, dan kan er worden gekozen voor een zogenaamde helmredressie-therapie.

Wanneer verwijzing naar kinderarts?

Bij vroegtijdig sluiten (ruim voordat het kindje 1 jaar is) in combinatie met een te kleine of afnemende groei van de schedel, zal het kindje door worden verwezen naar een kinderarts. Ook indien er een te grote toename is van de schedelomtrek, of het niet sluiten van de grote fontanel (ruim na de tweede verjaardag) is een reden om het kind door te verwijzen. Het tijdstip van sluiten van de fontanel is per kind verschillend; een grote fontanel zal logischerwijs later gesloten zijn dan een kleine.

Lees ook

Amanda