Skip to Content

Populaire wandel liedjes en yels voor tijdens de avondvierdaagse

Populaire wandel liedjes en yels voor tijdens de avondvierdaagse

Het is een jaarlijkse traditie die veel kinderen en volwassenen in Nederland kennen: de avondvierdaagse. Vier dagen lang wandelen mensen grote afstanden en komen samen om hun prestatie te vieren. Maar wandelen kan soms best saai zijn, vooral als je alleen bent of als het regent.

Gelukkig is er een eenvoudige oplossing om de tijd te doden en de sfeer te verhogen: liedjes zingen! In dit artikel zullen we een aantal populaire Nederlandse liedjes bespreken die je kunt zingen tijdens het wandelen of tijdens de avondvierdaagse.

Of je nu jong of oud bent, deze liedjes en yellen zullen je gegarandeerd in de juiste stemming brengen en het wandelen een stuk leuker maken! Net zoals de avondvierdaagse traktaties.

Potje met vet

Ik heb een potje met vet,
al op de tafel gezet.
Ik heb een potje, potje ve-e-et al op de tafel gezet.
Dit is het eerste couplet…

Etc, etc.

Wie heeft de pet van tante Jet?

(…) heeft de pet van Tante Jet!
Wie ik?!
Ja jij!
Ikke niet!
Wie dan wel?

Etc. etc.

Cowboy Billie Boem

En wie rijdt er op z’n paard (…) door de prairie?
Het is cowboy Billy Boem, door de boeven zeer gevreesd.
Er is nooit in het Wilde Westen ’n cowboy geweest
die zo dapper was als cowboy Billy Boem.

En van je hotsie, knotsie, knetter, van je jippie, jippie, jee,
Maar zijn paard (…) was zeer vermoeid en die wou niet verder mee.
Maar hij moest de boeven vangen dus nam hij een ander beest,
en nu mag (…) gaan bedenken wat voor ’n beest dat is geweest.

Etc. Etc.

Zo gaat die goed zo gaat die beter

Zo gaat ie goed,
zo gaat ie beter,
alweer een kilometer.

Wie er voor me voeten loopt

Wie er voor me voeten loopt,
die krijgt een schop,
en een klap voor zijn kop,
maar dan ben ik nog niet klaar,
want dan trek ik aan zijn haar!

Hoofd, schouders, knie en teen.

Hoofd, schouders, knie en teen, knie en teen. (2x)
Oren, ogen, puntje van je neus
Hoofd, schouders, knie en teen, knie en teen

Zeppelin

Wij voeren met een zucht (zucht)
daar boven in de lucht, (wijst naar lucht)
we zaten zo gezellig in een schuitje. (twee armen schuitje maken)
En niemand kon ons zien, (handen als verrekijker)
we hadden pret voor tien: (twee handen tien vingers naar voren)
Lang leve de zeppelin! (met een hand in de lucht rondjes draaien)

If you’re happy

If you’re happy and you know it clap your hands. (klap klap) (2x)
If you’re happy and you know it,
and you really want to show it,
if you’re happy and you know it clap your hands!

  • Stamp your feet (stamp, stamp)
  • Nod your head (knik, knik)
  • Turn around (draai om)
  • And say: we are! (WE ARE!)

Een Nederlandse Amerikaan

Een Nederlandse Amerikaan,
die zie je al van verre staan. (2x)

Refrein: Van voor naar achter van links naar rechts (4x)

Zijn hoofd lijkt wel een varkenskop,
er zit zowaar geen haar meer op. (2x) Refr.

Zijn hemd lijkt wel een prentenboek,
het hangt een meter uit zijn broek. (2x) Refr.

Zijn broek komt amper tot zijn kuit,
gestreepte sokken eronder uit. (2x) Refr.

Zijn buik lijkt wel een luchtballon,
ik wou dat ik er in prikken kon. (2x) Refr.

Ik heb een tante in Marokko en die komt

Ik heb een tante uit Marokko en die komt, HIEP HOI (2x)
Ik heb een tante uit Marokko,
een tante uit Marokko,
een tante uit Marokko en die komt, HIEP HOI

Refrein: Zing ik A-Ja-Jippie-Jippie-Jee, HIEP HOI (2x)
Zing ik A-Ja-Jippie,
A-Ja-Jippie,
A-Ja-Jippie-Jippie-Jee, HIEP HOI

  • En ze komt op twee kamelen als ze komt, HOBBEL HOBBEL
  • En ze schiet met twee pistolen als ze komt PIEF PAF
  • En wat zullen we lekker smullen als ze komt, MMM, MMM
  • En dan braden we een varken aan het spit, KNOR, KNOR
  • En dan eten we ons buikje lekker rond, NOU, NOU
  • En we drinken Coca Cola als ze komt, BLUB, BLUB
  • En dan drinken we een biertje als ze komt, OF EEN FUST!
  • En wat is het voor ons jammer als ze gaat, NOU, NOU
  • En dan gaat ze met de sneltrein weer naar huis, TUUT, TUUT
  • En m’ n tante uit Marokko is weer weg, HEH, HEH.

Hondje van de bakker

Het hondje van de bakker, dat had vies gedaan
Dat was gaan zwemmen, zonder zwembroekie aan!

En van je hela hela hela holala
hela hela hela holala
hela hela hela holala
hela hela hela ho

Toen kwam er politie, die zei: “Vieze Hond”!!
Ben jij gaan zwemmen, zonder broekie aan je kont!

Daar boven op de berg

Daar boven op die berg, (herhaling)
daar woont een stier. (herhaling)
Die geeft geen melk, (herhaling)
maar Heineken bier. (herhaling)

Refrein; En van je hela hela hela holala
hela hela hela holala
hela hela hela holala
hela hela hela ho

Daar boven op die berg,
daar staat een hek
Daar staat op geschreven:
(…) is gek!

Daar boven op de berg,
daar woont een pastoor
Die vrijt in z’n eentje,
met het hele nonnenkoor

Daar boven op de berg,
daar woont een nonnenkoor
Die vrijen met z’n allen,
met die ene pastoor

Bij ons in (…),
daar is het zo’n pracht
Daar geven de koeien wel een liter of acht

En geven ze minder,
dat scheelt ons geen zier
Want dan is het geen koe meer,
maar dan is het een stier

Waarom heeft die zebra,
toch strepen op zijn huid
Wel dat is heel natuurlijk,
want hij houdt niet van een ruit

Hoog in de bergen
daar woont Sinterklaas
Die waste zijn haren
met speculaas.

Daar boven op die berg
daar woont Sinterklaas
Hij pakt zijn cadeau’s in
met kippengaas!

Daar boven op de rommelmarkt
daar staat een vent!
En die heeft mooie boeken
voor niet meer dan 50 cent

Daarboven op die berg
daar woont een indiaan
En die is gaan zwemmen
met een opblaasbanaan ( of zonder zwembroekje aan)

Daar diep in de bossen,
daar woont een meneer.
En die schiet op konijnen
met een heel groot geweer.

Daar achter de schutting,
daar staat een agent.
Die ging ik ondervragen,
maar hij heeft niet bekent.

M’n tante van veertig,
die draagt een rare rok.
Die begint bij haar oksels
en die stopt pas bij haar sok.

Daar boven op de berg,
daar woont een skelet.
Hij doet niet aan karate,
maar aan jazzballet!

Waarom heeft die juffrouw,
een hondje op haar schoot.
Wel dat is heel natuurlijk,
want een olifant is veel te groot.

Waarom blust de brandweer,
met water het vuur?
Wel dat is heel natuurlijk,
want parfum is veel te duur.

Waarom heeft de juffrouw,
een haarspeld in haar haar
Wel dat is heel natuurlijk
want een hele boom is veel te zwaar.

Bij ons in de zee,
daar zwemt een grote haai.
Die werd opgegeten,
door een kleine papagaai.

Roodkapje

Zeg Roodkapje waar ga je henen.
Zo alleen, zo alleen.
Zeg Roodkapje waar ga je henen.
Zo alleen.

Ik ga naar grootmoeder koekjes brengen.
In het bos, in het bos.
Ik ga naar grootmoeder koekjes brengen.
In het bos.

In het bos zijn de wilde dieren.
In het bos, in het bos.
In het bos zijn de wilde dieren.
In het bos.

Ik ben niet bang voor de wilde dieren,
Ben niet bang, ben niet bang.
Ik ben niet bang voor de wilde dieren,
Ben niet bang.

Ik zal wel zien of jij niet bang bent.
Zal eens zien, zal eens zien.
Ik zal wel zien of jij niet bang bent.
Zal eens zien.

Hoog op de gele wagen

Hoog op de gele wagen
rijd ik door berg en dal
Lustig de kleppers draven,
blij klinkt het hoorngeschal
Water, wouden en weiden,
stromen zo machtig en vrij
Ik kan van uw schoon haast niet scheiden,
maar ‘t gaat voorbij, voorbij!
Ik kan van uw schoon haast niet scheiden,
maar ‘t gaat voorbij, voorbij!

Bassen, violen en fluiten
zingen door dorpen blond
Vrolijke frisse kornuiten
springen om de linde in ‘t rond
Mee danst het blad in de winden,
zwierend en zwaaiend joechei
Hoe graag bleef ik daar bij die linde,
maar ‘t gaat voorbij, voorbij!
Hoe graag bleef ik daar bij die linde,
maar ‘t gaat voorbij, voorbij!

Postiljon in de taveerne
voedert de rossen in vlucht
Lachende waard komt zich weren,
reikt mij een glas in de lucht
Blondkopje achter de rozen,
schuift het gordijntje opzij
Mijn hart zou zo graag daar verpozen,
maar ‘t gaat voorbij, voorbij!
Mijn hart zou zo graag daar verpozen,
maar ‘t gaat voorbij, voorbij!

Eens snelt voorbij mijn wagen,
duistere schim leidt mijn reis
Klinkende horens versagen,
neven de zweep staat de zeis
Vrienden van liefde en leven,
vangt er mijn laatste groet
Hoe graag was ik bij u gebleven,
maar ‘t gaat voorbij, voorgoed!
Hoe graag was ik bij u gebleven,
maar ‘t gaat voorbij, voorgoed!

De paden op, de lanen in

De paden op, de lanen in, vooruit met flinke pas,
met stralend oog en blijde zin
en goed gevulde tas.
De Zonne lacht ons vrolijk toe,
ons groet der vooglenzang,
En wij worden vast niet moe
Al wand’len w’uren lang
Tra-ta-ta-ta bom, bom, tra-ta-ta-ta bom, bom
Al wand’len w’uren lang

Marcheren is gezond voor ’t bloed
Verruimd wordt d’enge borst
’t Versterkt de spier van been en voet
’t Wket eetlust op en dorst
Daarom vooruit en inde maat
Zo netjes als ’t maar kan
Nu ’t eensgezind en ordlijk gaat
Heeft elk plezier er van
Tra-ta-ta-ta bom, bom, tra-ta-ta-ta bom, bom
Heeft elk plezier er van

Waarheen , waarvoor

1-2-3-4-5-6-7

Één, twee, drie, vier, vijf, zes, zeven,
Zo gaat ie goed, zo gaat ie beter, al weer een kilometer.
En daarvoor, daar lopen ze niet door
En daarachter, daar lopen ze wat zachter
En daar tussen daar lopen ze te kussen
En op zij daar lopen ze uit de rij.

Één, twee, drie, vier, vijf, zes, zeven,
Zo gaat ie goed, zo gaat ie beter, alweer een kilometer.

Één, twee, drie, vier, vijf, zes, zeven
Zo gaat ie goed zo gaat ie beter
Alweer een kilometer van mijn schoenen afgesleten

Één, twee, drie, vier, vijf, zes, zeven
Zo gaat ie goed, zo gaat ie beter
Alweer een kilometer van mijn schoenen afgesleten,
Maar mijn moeder mag het niet weten want dan krijg ik niet te eten

Één, twee, drie, vier, vijf, zes, zeven
Zo gaat ie goed, zo gaat ie beter
Alweer een kilometer van mijn schoenen afgesleten
Maar mijn moeder mag het niet weten want dan krijg ik niet te eten
En mijn vader mag het niet horen want dan krijg ik om mijn oren.

We zijn er bijna

We zijn er bijna,
we zijn er bijna.
Maar nog niet helemaal!
(Koppie kaal)

Linda van Aken